Categorie: Circulaire activiteiten | Gepubliceerd: 10 oktober 2003

AVR investeert in nascheiden

Met twee nieuwe scheidingsinstallaties voor grof huishoudelijk en bedrijfsafval zet AVR in op het opwerken van afval tot bruikbaar materiaal als hout, papier, ijzer, kunststof en zand. Vooralsnog een investering voor de toekomst, omdat op de korte termijn de aanvoer onzeker is.

De twee installaties hebben een gezamenlijke capaciteit van duizend ton per dag. Na een maand draaien is de capaciteit opgevoerd tot negentig procent; dit met twee ploegen van totaal vijftig mensen gedurende zestien uur per dag. De aanvoer is de belangrijkste onzekere factor. Het afval waarvoor deze installaties gemaakt zijn, afval uit huishoudens, bedrijven en uit de bouw en sloop, vindt nu een - goedkopere - weg naar Duitsland. Bij de opening wees AVR-directeur Daan den Ouden staatssecretaris Van Geel op de financiële risico's die tegenwoordig met afvalverwerking gepaard gaan. "AVR heeft in 2002 voor 99 miljoen geïnvesteerd waarvan 30 miljoen in hoogwaardige verwerkingstechnieken. Onze zorg is of die investeringen ook terugverdiend kunnen worden. Dat is niet het geval als zoals nu 2 miljoen ton afval naar onze oosterburen verdwijnt. Tegen die stortprijzen kunnen we niet concurreren."
De investering in beide installaties bedroeg 15 miljoen, met een afschrijvingstermijn van tien jaar. De terugverdientijd is vijf jaar, maar dit zal sterk afhangen van het aanbod aan afval en de ontwikkeling in de afzetmarkten. Volgens Sjoerd Zittema, directeur strategie bij AVR, geldt de onzekerheid vooral voor de korte termijn. Als over drie jaar het storten in Duitsland ook daadwerkelijk aan banden wordt gelegd, zullen de installaties met een hogere bezettingsgraad gaan draaien, zo is zijn verwachting.

Opening

Op 11 juni opende staatssecretaris Van Geel de grootste van de twee installaties, in Rozenburg. Deze kan dagelijks 600 ton verwerken. In Utrecht staat een iets kleinere installatie van 400 ton. Tot de bouw werd in 2001 besloten toen het overheidsbeleid versterkt ging inzetten op meer nascheiding in herbruikbare materialen of hoogcalorische brandstoffen. Er werd voor twee locaties gekozen om zo de transportbewegingen te minimaliseren. Utrecht en Rozenberg liggen centraal in het servicegebied van AVR. Al eerder was, door de overname van Coppens, een Brabantse scheidingsinstallatie in bezit van AVR gekomen.
De bouw in Rozenburg nam anderhalf jaar in beslag en vergde een investering van 10 miljoen euro. Het scheidingsproces is uitgevoerd in twee identieke lijnen die samenkomen in een leescabine. Tijdens de voorscheiding worden de grote stromen, zoals matrassen en groot puin, eruit gehaald met een kraan. Wat overblijft gaat naar een shredder. De deeltjes van maximaal 300 mm gaan vervolgens via een magneetband naar een trommelzeef, die afzeeft op 60 mm. Deze kleine fractie gaat naar een sterrenzeef die selecteert op een zeefzandfractie kleiner dan 10 mm voor funderingswerken en een residufractie van 10-60 mm. De fracties groter dan 60 mm uit de trommelzeef komen in een windzifter, waar papier en plastic worden gescheiden van de zwaardere fracties hout en residu en afgezet als secundaire brandstof. De zwaardere fracties gaan nogmaals door de windzifter, die hout en residu van elkaar scheidt. Uiteindelijk vindt nog een handmatige sortering plaats in bijvoorbeeld puin, gipsplaat of grove stukken metaal. Slechts een kleine restfractie, waarvoor geen toepassing is, wordt verbrand. In Utrecht is dat maar één lijn, maar daar is aan het einde van het proces een waterbak geplaatst voor nauwkeurige scheiding van hout van het zwaardere residu.

Pech

Het noodlot lijkt AVR te achtervolgen als het om nieuwe installaties gaat. Daags voor de opening brak een grote brand uit in de sorteerhal in Utrecht. De brand was in de aanvoer van die dag ontstaan, een berg van 100 bij 20 meter en 7 meter hoog. Een dergelijke omvang bemoeilijkte het blussen. Broei was de oorzaak. Na ruim twee uur was de brand onder controle. Gedurende twee dagen is gewerkt om de schade, voornamelijk aan de hal, te herstellen.


Vakblad Afval! augustus 2003 (nummer 6)


Auteur: F. Noordhoek