Categorie: inzameling | Gepubliceerd: 27 juni 2022

Waar ging het mis bij de NV Bar Afvalbeheer?

Zowel qua governance, interne organisatie, samenwerking met de Bar-organisatie als de implementatie van de afvalbeleidsplannen is bij de NV Bar Afvalbeheer veel voor verbetering vatbaar.

Dat concludeert Berenschot in een onderzoek naar de NV Bar Afvalbeheer. In aanloop naar de behandeling van het afvalbeleid in Barendrecht, heeft afval-wethouder Dirk Vermaat dit onderzoek aan de gemeenteraad gestuurd. Het onderzoek van Berenschot was al in oktober 2020 afgerond, maar was even op de plank blijven liggen, blijkbaar. Er is in ieder geval niet in bestuurlijke zin op gereageerd, noch door de aandeelhoudersvergadering van de NV Bar Afvalbeheer, noch door de portefeuillehouder Afval van de gemeente Barendrecht. Wel is een aantal ambtelijke aanbevelingen uit het rapport opgepakt, maar een volledige behandeling heeft nooit plaatsgevonden.

Uit het onderzoek blijkt dat bij de invoering van het nieuwe afvalbeleid veel fout is gegaan. En dat is nogal relevant, want Barendrecht staat op het punt om het diftarsysteem dat begin dit jaar is ingevoerd, met terugwerkende kracht af te schaffen. Kort samengevat blijkt uit het Berenschot-onderzoek dat noch de Bar-organisatie (de uitvoeringsorganisatie van de gemeente Barendrecht, Albrandswaard en Ridderkerk), noch de NV Bar Afvalbeheer (waarin deze gemeenten hun taken op het gebied van afvalinzameling en -beheer hadden ondergebracht), noch de inwoners, goed waren voorbereid op de wijziging van de wijze van afvalinzameling, zoals deze heeft plaatsgevonden.

Niet klaar voor verandering

De NV Bar Afvalbeheer was in 2015 opgericht en in de eerste jaren ging het eigenlijk best goed met de afvalinzameling. Die was tot op dat moment ook enigszins eenvoudig vormgegeven. Toen de drie gemeenten een vrij grote achterstand bij het realiseren van de Vang-doelstellingen bleken te hebben, was er werk aan de winkel en moesten er nieuwe beleidsplannen komen, en met enig tempo geïmplementeerd worden. Daar ging het mis, want – zo constateert Berenschot -  de organisatie was niet klaar voor complexere afvalinzameling en had zeer beperkte ervaring met projectmanagement. Processen waren bijvoorbeeld niet duidelijk beschreven, en er was in de praktijk veel sprake van ‘brandjes blussen’ in plaats van een proactieve, lerende organisatie: monitoren, analyseren, trekken van conclusies en maatregelen uitvoeren. Ook de samenwerking tussen NV Bar Afvalbeheer en de Bar-organisatie liet te wensen over omdat er bijvoorbeeld geen sprake was van structurele overleggen. Verder bleek er onvoldoende integraliteit in de beleidsvorming en de uitvoering van afvalinzameling met andere gerelateerde thema’s (zoals openbare ruimte en circulariteit). En er was te weinig oog voor wat het onderwerp afvalinzameling doet aan beeldvorming bij onder andere bewoners, raad en college. De governance heeft ten slotte door verschillende omstandigheden nooit zo gefunctioneerd als die bedoeld was.

Op de agenda

Volgens de wethouder werd hij pas begin juni van dit jaar op het bestaan van het Berenschot-rapport gewezen. In aanloop naar de vergadering van de commissie Algemene Zaken & Financiën vanavond, waarin het afvalbeleid op de agenda staat, stuur hij het rapport alsnog toe. Er staan volgens hem namelijk “veel feiten en gegevens [in] die mijns inziens van groot belang zijn om te komen tot een juiste oordeelsvorming over de richting waar wij met het afvalbeleid heen moeten”, zo schrijft hij. Op 5 juli zal de voltallige gemeenteraad een besluit nemen over het collegevoorstel om de invoering van diftar terug te draaien.