Remondis wijst op tekortkomingen plastictaks
De Europese afdracht op niet-gerecycled kunststof heeft een te weinig sturend effect, vindt Remondis. Deze zou niet moeten gelden voor post-consumer recyclaten en de opbrengsten zouden terug moeten vloeien naar de keten.
Op de eerste dag van de Ifat in de Messe München deed Remondis een dringende oproep aan beleidsmakers om de opbrengsten van de Europese ‘plastictaks’ terug te laten vloeien naar de plastic keten. Nu verdwijnt deze tot frustratie van het bedrijf in de eigen middelen van de EU.
Het bedrijf werkt sinds enige tijd samen met de Duitse fabrikant van reinigingsmiddelen, Werner & Mertz, aan de productie van plastic flessen die bestaan uit 100 procent secundair materiaal. De twee ondernemingen willen nu dat de politiek ervoor zorgt dat gerecyclede materialen een betere markpositie krijgen. Zeker in het licht van de huidige problemen in de toeleveringsketens, de klimaatcrisis en het toenemende tekort aan grondstoffen is het volgens hen noodzakelijk dat hier meer aandacht voor komt.
Zo zou de grondstoffenvoorziening, net als hernieuwbare energiebronnen, de juridische status van ‘hoger openbaar belang’ moeten krijgen. Verder willen de twee bedrijven dat de opbrengsten uit de plastic-afdracht die sinds 2021 wordt geheven in Europa een beter sturend effect heeft, zoals op design for recycling en zo hoog mogelijk gebruik van gerecyclede materialen. Zij vinden dat de belasting alleen zou mogen worden geheven op milieuonvriendelijk nieuw materiaal en niet op post-consumer recyclaten. Daarnaast zouden de opbrengsten van de plastictaks moeten worden verdeeld onder de distributeurs van gerecyclede verpakkingen. Als dat vanwege juridische redenen niet haalbaar is, dan zo het ook in een soort fonds terecht kunnen komen van waaruit het dan weer de plastic keten in kan vloeien.
