Nederlandse afvalsector inspireert in Europa

Euric bezocht op 12 oktober de locaties van Renewi en Remondis in respectievelijk Westpoort Amsterdam en Son en Breugel. De centrale vraag bij het bezoek: wat is er nodig om de bouwsector circulair te maken en wat kan recycling bijdragen? De twee recyclers opperden dat een Europese verplichting voor een minimaal recyclinggehalte in nieuwe bouwproducten, de markt snel volwassener kan maken. Goed ontwikkelde Europese marktprikkels zijn volgens hen onmisbaar om de circulariteit binnen de Europese bouwsector te verbeteren.

Afgelopen juni richtte Euric een nieuwe recyclingtak op voor bouw- en sloopafval. Antoine Stilo, beleidsadviseur bij de vereniging, stelde na afloop van het bezoek dat hij bij Renewi en Remondis heeft gezien hoe bouw- en sloopafval effectief kan worden gerecycled als er een eindmarkt voor gerecyclede producten is. Hij noemde een efficiënt recyclingsysteem in de bouw- en sloopsector “onmisbaar voor goed circulair afvalbeheer in elke EU-lidstaat”.

Monitoring van recyling

De Nederlandse recyclers waren niet de enige die gisteren inspireerden in Europa. Het Afvalfonds Verpakkingen kreeg de European Court of Auditors (ECA) over de vloer. De rekenkamer wilde meer informatie over de berekening van Nederlandse recyclingresultaten, zodat zij de manier waarop de Europese Commissie de plasticheffing organiseert beter kunnen beoordelen.

Medewerkers van het Afvalfonds hebben uitgelegd hoe de monitoring voor de recycling van verpakking is opgezet en uitgevoerd in Nederland. De ECA bleek vooral nieuwsgierig naar hoe gegevens worden verzameld over de hoeveelheid verpakkingen die op de markt komen en worden gerecycled, en de nauwkeurigheid en precisie waarmee de Nederlandse aanpak is ontwikkeld, laat het Afvalfonds weten.

Een paar jaar geleden deelde het Afvalfonds haar monitoringmethode al met Eurostat, de Europese evenknie van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Eurostat noemde Nederland destijds als ‘een voorbeeldland’.