Categorie: Politiek en beleid | Gepubliceerd: 31 januari 2024

Tweede Kamer wil reparaties gaan stimuleren

De Tweede Kamer wil dat de regering gaat onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om reparatiediensten verder te bevorderen.

Tweede Kamerlid Chris Stoffer (SGP).
Foto: Cees van der Wal Fotografie

Bij dit onderzoek moet de regering rekening houden met de evaluatie van het verlaagde btw-percentage in brede zin van vorig jaar. Tijdens de stemmingen van gisteren (30 januari) nam een ruime meerderheid in de Tweede Kamer de motie van Kamerlid Chris Stoffer (SGP) aan, die hiertoe oproept.

Vorig jaar informeerde staatssecretaris Marnix van Rij (Fiscaliteit en Belastingdienst) de Kamer nog over een evaluatie van het verlaagd btw-tarief in brede zin. Die evaluatie was in algemene zin kritisch over de doelmatigheid van de toepassing van een verlaagd tarief. Hij vond het aan een volgend kabinet om, gegeven de evaluatie, te bepalen of gebruik van het verlaagd btw-tarief voor bestaande en nieuwe goederen en/of diensten beleidsmatig in de rede ligt.

Verworpen

De overige moties die betrekking hebben op de afvalsector, haalden geen meerderheid in de Tweede Kamer. Dit gold onder meer voor de motie van Stoffer en Ines Kostic (PvdD) om de btw op reparaties af te schaffen. Eerder pleitten de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) en Techniek Nederland hier ook al voor, maar ze kregen niet de gewenste steun uit de Tweede Kamer.

Een motie van Kostic over een duidelijke vermelding op cosmeticaproducten als er pfas in is verwerkt, kon evenmin een meerderheid van de Tweede Kamer achter zich krijgen. Vorige week gaf demissionair staatssecretaris Vivianne Heijnen van Infrastructuur en Waterstaat nog aan dat zij hier niet over gaat. Voorafgaand aan de stemming wilde ze haar collega van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, die hier wel over gaat, een appreciatie laten geven. Als de motie zou worden ingebracht voordat de appreciatie is gegeven, dan ontraadde Heijnen de motie.

Aanhouden

Vlak voor de stemmingen besloot Kostic om een andere motie aan te houden. Deze motie, samen met Geert Gabriëls (GroenLinks-PvdA), riep op tot een informatie- en minimalisatieplicht voor zeer zorgwekkende stoffen in afvalstromen in te stellen voor bedrijven die de oorspronkelijke ontdoener zijn van het afval. Eerder had Heijnen deze motie ontraden, omdat zo’n plicht “niet echt bruikbare informatie oplevert maar de lasten voor het bedrijfsleven heel erg verhoogt zonder duidelijke milieuwinst”.