De bio-energiecentrale Bio Golden Raand van Eneco in Delfzijl is eind april in de testfase voor de oplevering gekomen. Over een paar maanden zal de grootste bio-energiecentrale van de Benelux volledig operationeel zijn.
Eneco streeft ernaar om in de toekomst alle energie die ze aan haar klanten levert duurzaam op te wekken. ‘Duurzame energie voor iedereen’ is de missie van het Nederlandse energiebedrijf. De toekomst ligt in decentrale opwekking: ieder huis, ieder bedrijf levert zijn duurzame deel aan de vraag naar energie. Bijvoorbeeld via zonnepanelen of windenergie. Maar ook besparing, gebruik van restwarmte en alternatieve bronnen, zoals oppervlaktewater voor koeling, horen daarbij. ‘Duurzaam, decentraal, samen’ noemen ze dat bij Eneco.
Zover is het nog niet, maar nu al worden flinke stappen gezet. Eneco investeert bijvoorbeeld in projecten voor zonne- en windenergie, zoals het Prinses Amaliawindpark op zee. En nu wordt ook een grote stap gezet op het gebied van biomassa: De Eneco Bio Golden Raand.
Eneco heeft een aantal jaren geleden twee biomassacentrales op de tekentafel gelegd, één in Rotterdam en één in Utrecht. Beide zouden gekoppeld worden aan het warmtenetwerk, dat het energiebedrijf in die steden beheert. Het Rotterdamse project is inmiddels weer in de lade gelegd, omdat het vervangen is door een nog duurzamere oplossing. Eneco gaat de restwarmte van AVR in Rotterdam afnemen voor de levering van stadswarmte in de Maasstad. De bio-energiecentrale in Utrecht staat nog steeds gepland, maar in plaats van B-hout zal schone biomassa verbrand gaan worden.
BowergyDe hoofdleverancier van Bio Golden Raand is Bowergy, een joint venture van Bowie Recycling en N+P Recycling. De houtsnippers komen voor een deel uit Noord-Nederland en voor de rest uit andere delen van Nederland, Duitsland en Engeland. Rest-, sloop- en afvalhout worden op meerdere locaties ingezameld en vervolgens ontdaan van vervuiling en opgewerkt tot de afgesproken kwaliteitseisen. Bowergy heeft daarvoor naast een mobiele installatie die naar verschillende depots rijdt, ook een stationaire installatie in Tiel. De operators hebben tien jaar ervaring met de machines en kunnen ze zo beheren dat precies de juiste kwaliteit wordt geproduceerd. Op termijn zal aan Delfzijl mogelijk ook een energiekorrel geleverd gaan worden die geproduceerd is uit verschillende soorten biomassa. De biomassa wordt op een zo duurzame manier in Delfzijl afgeleverd. Per schip of met Ecocombi vrachtwagens. Aanlevering via de trein kan, gezien de locatie van de bio energiecentrale ook. |
De bio-energiecentrale in Delfzijl is via een andere route bij Eneco terecht gekomen. Het idee voor de ontwikkeling van een biomassacentrale kwam van Econcern, dat in 2005 daarvoor ook de eerste stappen zette. Econcern ging echter in 2009 failliet en een deel van de boedel werd overgenomen door Eneco, waaronder deze bio-energiecentrale. Paul Hendrix, bij Eneco hoofd van de afdeling biomassa, weet nog dat er in eerste instantie met een bepaalde mate van voorzichtigheid naar werd gekeken. “Het project was gebaseerd op B-hout, en daar wisten we weinig van. In het verleden heeft Eneco met Gevudo een link naar de afvalsector gehad, maar met de verkoop aan HVC was die kennis in de organisatie niet meer beschikbaar. Bovendien waren de vergelijkbare bio-energiecentrales initiatieven van afvalbedrijven, die dat goed konden inpassen in hun inzamelactiviteiten.”
In tweede instantie bleek het Delfzijlse project goed te realiseren en precies te passen in de duurzaamheidsdoelstellingen van Eneco. In het voorwerk waren voldoende aanknopingspunten om door te zetten. De locatie in Delfzijl was uitstekend en ook de procedures voor het aanvragen van vergunningen verliepen voorspoedig. De bevoorrading was wel een punt. Met een capaciteit van 300 kton B-hout per jaar is het de grootste installatie in de Benelux. Eneco had weinig ervaring in deze markt. Paul Hendrix en zijn afdeling wierpen zich op dit uitdagende project: “Ruim drie jaar geleden zijn we begonnen en hebben we ons enorm verdiept in de hele markt. De afvalwereld was totaal nieuw voor ons.” Als groot energiebedrijf wil Eneco bepaalde zekerheden die normaal zijn in de energiewereld. Die markt typeert zich door een veel grotere mate van liquiditeit en transparantie. Elektriciteit en gas kunnen bijvoorbeeld worden verhandeld via contracten met een vaste prijs voor vijf jaar of langer. Hendrix weet zich het begin nog goed te herinneren. “Toen wij bij onze zoektocht naar brandstof leveranciers verzochten om vijf- tot tienjaarscontracten met een vaste prijs, hadden we de spreekwoordelijke lachers op onze hand. Zo werkte die markt niet. In deze markt is een prijszekerheid van maximaal één jaar gebruikelijk.” Niet alleen de prijszekerheid was een probleem. Het feit alleen al dat een nieuwe installatie van deze grootte erbij zou komen, leverde verzet op. “Veel partijen zeiden dat de markt al helemaal vol zat en dat er niet nog een centrale bij zou kunnen. Die wilden dus niet leveren.”
Uiteindelijk vond Hendrix wel een partij die wilde leveren en die zelfs hoofdleverancier wilde worden: Bowergy. “Zij zijn naast Bruins en Kwast één van de weinigen die destijds hun nek hebben durven uitsteken om ons in deze wereld te gaan beleveren”, stelt Hendrix nog steeds met bewondering vast. “Daarnaast zijn ze ook gewoon een hele goede leverancier. Ze hebben een bewezen trackrecord in zowel kwaliteit als volumes. Zeker gezien onze omvang is dat enorm belangrijk.” Bowergy gaat jaarlijks maximaal 180 kton B-hout aan Bio Golden Raand leveren. Eind april voer het eerste schip van Maastricht naar Delfzijl, met 950 ton houtsnippers aan boord. Binnenkort zal elke week minimaal één schip aan de kade afmeren.
Golden Raand?De naam Bio Golden Raand is bedacht door de Groninger Frits Alma. Hij stuurde de naam in, in een wedstrijd die Eneco daarvoor had uitgeschreven. Golden Raand komt uit het Gronings volkslied en staat voor de gouden kuststrook van de provincie waar Eneco de bio-energiecentrale op bouwt. |
Het resterende benodigde volume B-hout neemt Eneco af van andere gerenommeerde B-houtleveranciers. Maar er zou toch te weinig hout zijn? “Dat zingt in de markt”, zegt Hendrix, “en op Nederlandse schaal klopt dat tot op zekere hoogte. Maar op Noordwest Europese schaal is er nog voldoende (we hebben er zorgvuldig naar gekeken, want anders investeer je ook geen 170 miljoen euro). Er zijn perioden met krapper aanbod, zoals de winters, maar dat kun je voorzien. Kijk je naar Duitsland, Frankrijk en Engeland, dan zijn er echt geen fundamentele tekorten van de stromen die wij willen hebben. Maar je hebt maar één subsidiewijziging nodig in Nederland of in een omringend land en de markt kan weer compleet op zijn kop gezet worden.”
Statistieken | |
Capaciteit | 300.000 ton B-hout (grootste centrale in Benelux) |
Productie | 49,9 MW (e-verbruik van 120.000 huishoudens) |
Efficiëntie | 37% (meest efficiënte in de Benelux) |
Als de bio-energiecentrale op volle stoom is en groene elektriciteit levert, is de ontwikkeling nog niet voltooid. De volgende belangrijke stap zal de afzet van warmte zijn. Dat is nu nog niet mogelijk. Net zoals de overige bio-energiecentrales op B-hout in Nederland was de realisatie van het project niet mogelijk geweest zonder subsidie. Alle bio-energiecentrales zijn gebouwd op de Mep-subsidieregeling die alleen de levering van duurzame elektriciteit ondersteunde. “Vanuit ons duurzaamheidsprofiel willen we vóór 2020 de warmte gaan leveren, als de subsidie afloopt”, zegt Hendrix. “We zijn nu aan het kijken wat de mogelijkheden zijn en welke afnemers er in de buurt te vinden zijn.”
Vakblad Afval! mei 2013 (nummer 4)