Categorie: Politiek en beleid | Gepubliceerd: 14 februari 2024

Afvalfonds pleit weer voor CE-minister

Stichting Afvalfonds Verpakkingen gebruikt de vastgelopen formatie om een nieuwe informateur op te roepen het streven naar een circulaire economie hoger op de politieke agenda te zeggen. Met als belangrijkste punt wederom: de aanstelling van een minister van Circulaire Economie.

Dat de Tweede Kamer de plastictaks na ruim drie maanden weer wilde afschaffen, is Hester Klein Lankhorst (Afvalfonds Verpakkingen) een doorn in het oog. Foto: Guus Schoonewille

Voor een succesvolle omslag naar een circulaire economie is een goede en centrale politieke uitvoering nodig. Dat werkt alleen goed als Nederland een kabinet met een minister van Circulaire Economie krijgt. Deze minister moet verantwoordelijk zijn voor de transitie naar een volledig circulaire economie in 2050. Dit staat in een brandbrief, die directeur Hester Klein Lankhorst van de Stichting Afvalfonds Verpakkingen naar de nieuwe informateur heeft gestuurd.

Volgens haar is een circulaire economie geen losstaande opgave, maar een systeemverandering die meerdere ministeries raakt. Van deze verandering heeft iedereen in Nederland profijt: de consument, overheden en bedrijven. We versterken onze internationale concurrentiepositie, besparen geld, beschermen het milieu en houden waardevolle grondstoffen in Nederland waardoor we minder afhankelijk worden van landen buiten Europa, schrijft ze. Afgelopen augustus pleitte het Afvalfonds ook al voor een minister van Circulaire Economie, die ‘grensoverschrijdend kan denken en kan zorgen voor een solide en collectieve infrastructuur’.

Naast het aanstellen van een minister van Circulaire Economie heeft Klein Lankhorst nog vier andere circulaire speerpunten voor een nieuw kabinet. Drie daarvan noemde het Afvalfonds afgelopen augustus ook al: vergroten van recyclingcapaciteit, meer investeren in innovatie en recycling en zorgen voor een uniforme manier voor de inzameling van huishoudelijk pmd.

Duidelijk en haalbare doelen

Het vierde speerpunt is nieuw: het kabinet moet kiezen voor uitvoerbare doelen die haalbaar en duidelijk zijn. Hier was de afgelopen jaren niet altijd sprake van, vindt Klein Lankhorst en als voorbeeld noemt ze het verbod op het gratis verstrekken van wegwerpbekers en plastic maaltijdverpakkingen voor onderweg: ruim drie maanden na het ingaan van dit verbod nam de Tweede Kamer een motie aan om dit verbod te schrappen en afgelopen december gaf demissionair staatssecretaris Heijnen van Infrastructuur en Waterstaat de Inspectie Leefomgeving en Transport de opdracht om af te zien van handhaving, in afwachting van een besluit van een nieuw kabinet.

Het gebrek aan duidelijkheid, haalbaarheid, consistentie van beleid en een redelijke periode voor invoering gaan volgens Klein Lankhorst ten koste van het draagvlak onder bedrijven en consumenten, terwijl draagvlak juist hard nodig is om de circulaire ambities samen waar te maken.