Categorie: Politiek en beleid | Gepubliceerd: 27 februari 2024

CEO tipt Heijnen over hulp aan recyclingindustrie

Staatssecretaris Vivianne Heijnen is met haar collega's van Economische Zaken en Klimaat in gesprek over wat de overheid dit jaar nog kan doen voor recyclingbedrijven die in de problemen zitten. Veolia CEO Jan Lenstra heeft wel een idee.

Jan Lenstra, CEO van Veolia Nederland, dat zich al langer nadrukkelijk roert in het debat over hulp aan de recyclingindustrie.
Foto: Veolia

Heijnens ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) kijken naar mogelijkheden om de plasticrecyclingindustrie te helpen op zowel de korte termijn als de middellange termijn. Hierbij betrekt de demissionaire staatssecretaris ook het Afvalfonds Verpakkingen om te bekijken welke rol die organisatie kan spelen. Datzelfde geldt voor Invest-NL, de met publieke middelen gefinancierde impact-investeerder. Dat schrijft Heijnen in antwoord op Kamervragen van Mpanzu Bamenga (D66). Hij wilde weten wat het kabinet voor mogelijkheden ziet om sorteerders en recyclers van plastic te helpen, nu goedkoop virgin plastic de vraag naar gerecycled plastic heeft doen instorten.

Op wat voor termijn er nu concrete oplossingen te verwachten zijn voor recyclingbedrijven en hoe die er concreet uitzien, laat Heijnen in de beantwoording in het midden, net zoals ze dat twee weken geleden deed tijdens het circulaire-economiedebat in de Tweede Kamer. Wel schiet ze enkele suggesties af die Bamenga in zijn Kamervragen deed. Een extra heffing op virgin plastic ziet ze niet zitten, omdat de zogenoemde weglekeffecten van een dergelijke nationale maatregel door het kabinet eerder al als ‘niet positief’ zijn beoordeeld. Ook stelt ze dat het niet haalbaar is om een verplicht en oplopend percentage recyclaat in nieuw plastic vanaf 2025 in te voeren in plaats van 2027.

Heijnen zegt zich wel in de EU te willen blijven inzetten voor ambitieuze doelstellingen voor de toepassing van plastic. En ze schrijft dat haar ministerie op ambtelijk niveau contact heeft met relevante brancheorganisaties over Europese en Nederlandse wetgeving die recyclingbedrijven eventueel in de weg zit, zoals wetgeving op het gebied van voedselveiligheid. Maar daarmee is regelgeving nog niet zomaar aangepast. Met name in de EU vraagt dit vermoedelijk om een lange adem.

Subsidieprogramma?

Voorlopig is het dus nog maar zeer de vraag in hoeverre de recyclingindustrie geholpen is met de inspanningen van de staatssecretaris. Veel lijkt af te hangen van de uitkomsten van genoemde lopende gesprekken tussen IenW en EZK en gesprekken met het Afvalfonds en Invest-NL, partijen die mogelijk financieel concrete hulp kunnen bieden.

CEO van Veolia Nederland Jan Lenstra heeft wel een idee over hoe de overheid de recyclingindustrie kan helpen. Hij pleit voor een subsidieprogramma, mogelijk uitgevoerd door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (onderdeel van EZK), dat de prijs van recyclaat kan verlagen tot in ieder geval het niveau van virgin plastic, dan wel lager. Dit stimuleert de vraag en leidt niet alleen de Nederlandse, maar ook de Europese industrie naar een duurzamere toekomst, aldus Lenstra vanmorgen in een reactie op Heijnen’s antwoorden op Kamervragen.

Vijf voor twaalf

Bij EenVandaag gaf de Vereniging Afvalbedrijven afgelopen maand na het faillissement van Umincorp aan dat meer recyclingbedrijven in de problemen zitten en naar verwachting failliet gaan. De sorteer- en recyclingketen kan geen jaren wachten tot er marktverbetering optreedt. Geheel tegen de circulaire ambities van de overheid in kan de huidige situatie er toe leiden dat er meer recyclebaar afval naar vuilstort of afvalverbranding gaat, waarschuwde de organisatie. Ook Lenstra benadrukt dat de tijd dringt. Hij roept de staatssecretaris en EZK op om nu snel in actie te komen.

CEO van Invest-NL Rinke Zonneveld liet zich vorige maand al ontvallen dat de impact-investeerder graag in circulaire bedrijven blijft investeren, maar dat er dan vanuit wet- en regelgeving wel gezonde business cases mogelijk moeten blijven. Hij stelde dat het faillissement van Umincorp “een wakeup-call moet zijn voor eenieder die het serieus meent met de transitie naar een circulaire economie”.