Energieraad pleit voor doelstellingen hernieuwbare energie
Doelstellingen voor hernieuwbare energie zijn op de lange termijn cruciaal om energiekosten te verlagen.
Dat stelt de Europese Raad voor Hernieuwbare Energie (Erec), in een reactie op de publieke raadpleging over het groenboek voor klimaat- en energiebeleid voor 2030. Volgens voorzitter Rainer Hinrichs-Rahlwes hebben de bindende doelstellingen voor 2020 Europa tot pionier gemaakt op dit gebied, wat veel voordelen oplevert. "De doelstelling voor hernieuwbare energie heeft meer dan een miljoen mensen aan een baan geholpen en de economie van de EU gestimuleerd, terwijl we geavanceerde technieken ontwikkelden." Reeds 1 procent van het BNP van de EU komt uit de hernieuwbare-energiesector. Erec wijst er ook op dat de bindende doelstellingen er toe geleid hebben dat Europa in 2011 al een aandeel van 13 procent hernieuwbare energie had.
Nieuwe bindende doelstellingen voor 2030 zouden volgens Erec stabiliteit opleveren voor de sector, waardoor de kosten van technologie en het verminderen van de afhankelijkheid van koolstof verder omlaag kunnen. De EU zou volgens de organisatie dan ook niet alleen moeten steunen op doelstellingen voor het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen. "Zo'n doelstelling, in combinatie met ETS, is te onbetrouwbaar om investeringen in hernieuwbare energie te stimuleren", aldus Hinrichs-Rahlwes. "Om effectief en kostenefficiënt te zijn hebben we beleid nodig waar investeerders op kunnen vertrouwen: doelstellingen voor hernieuwbare energie, vermindering van broeikasgasuitstoot en energie-efficiëntie."
