Categorie: Politiek en beleid | Gepubliceerd: 15 maart 2021

CDA: Met 'recht op reparatie' kunnen inwoners zelf meedoen

We zijn op de goede weg naar een circulaire economie, vindt het CDA, maar er moet nog veel gebeuren. De partij denkt onder meer aan het stoppen met de export van afval naar landen als China, en het stimuleren van circulaire bedrijvigheid. Ook kan de inkoop door overheden innovatiever.

In aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen op 17 maart vroeg AfvalOnline aan politieke partijen uit de doeken te doen wat zij de komende jaren noodzakelijk vinden op het gebied van afval en de circulaire economie. Vandaag de bijdrage van het CDA.

Het CDA ziet dat er veel positieve ontwikkelingen zijn op het gebied van circulaire economie. De Rijksoverheid, decentrale overheden, bedrijven en maatschappelijke partijen hebben de afgelopen jaren al veel bereikt. Zo zijn er in Nederland inmiddels meer dan 100.000 circulaire bedrijven en ook in de regio gebeurt er veel op het gebied van circulaire economie. Daarnaast behoort Nederland tot de koplopers in Europa op het gebied van afvalrecycling. Ten opzichte van andere Europese landen gebruiken wij ook minder grondstoffen voor consumptie. Dat laat zien dat we op de goede weg zijn, maar tegelijk is het ook pas een eerste stap op de weg naar een volledig circulaire economie in 2050 waarin grondstoffen vaker opnieuw inzetbaar zijn. Uiteindelijk is het doel dat afval een grondstof wordt, met een nieuwe bestemming.

Hoogwaardige verwerking en toepassing

Als CDA denken wij dat er nog een groot milieurendement is te behalen met hoogwaardige verwerking van ons huishoudelijk en bedrijfsafval. Zo is er onder andere nog veel winst te behalen door secundaire materialen hoogwaardiger in te zetten. Een voorbeeld daarvan is de hoogwaardige toepassing van het recyclaat, waardoor bijvoorbeeld plastic van flesjes vaker opnieuw in flesjes wordt ingezet en niet wordt verwerkt tot bermpaaltjes. Nederland beschikt over een innovatieve afvalbranche waar we gebruik van moeten maken. Het CDA wil daarom zoveel mogelijk stoppen met exporteren van afval naar landen als China, en meer circulaire bedrijvigheid in onze eigen regio's stimuleren.

Hergebruik aantrekkelijker maken

Onze bedrijven doen gelukkig al veel op het gebied van circulaire economie. Dat zien we bijvoorbeeld bij matrassenproducenten die zelf het initiatief hebben genomen om matrassen beter te recyclen. Daardoor is het afgelopen jaar ongeveer driekwart van alle afgedankte matrassen gerecycled terwijl twee jaar geleden nog twee derde van alle matrassen in de verbrandingsovens belandde. Hiervoor moeten we het verbranden van afval verminderen en het hergebruik van afval aantrekkelijker maken.

Verdergaande eisen

Ook door regulering en financiële prikkels vanuit de overheid kan worden bijgedragen aan de hernieuwde inzet van die grondstoffen. Daarnaast kan het stellen van eisen, die verder gaan dan alleen eisen te stellen aan recycling, bij aanbesteding en inkoop door de overheid en innovatiever aanbesteden een goede manier zijn waarop de overheid de transitie naar een circulaire economie kan stimuleren.

Verlengen van de levenscyclus

Het CDA vindt dat naast de overheid en het bedrijfsleven ook consumenten een rol hebben en dat zij daarbij ook het handelingsperspectief moeten hebben om zelf bij te dragen aan de circulaire economie. Daarom zou de circulaire economie zich ook op het verlengen van de levenscyclus van een product moeten richten. Momenteel zijn bijvoorbeeld veel apparaten zoals laptops en smartphones voor consumenten zo goed als onmogelijk om (zelf) te repareren. Bovendien is het voor consumenten vaak duur om een product te repareren. Betere, duurzame ontwerpen maken het voor consumenten gemakkelijker om oude producten te repareren of te recyclen. Producten kunnen op die manier langer worden gebruikt en beter afvalbeheer helpt om verspilling tegen te gaan. Daarom wil het CDA dat er in Europees verband strengere eisen aan duurzame productie en kwaliteit van tal van producten worden gesteld en moet een ‘recht op reparatie’ hogere kwaliteitseisen afdwingen voor gebruiksproducten zoals huishoudelijke apparatuur en mobiele telefoons. Producenten moeten er daarbij ook voor zorgen dat reserveonderdelen beschikbaar zijn en batterijen makkelijker zijn te vervangen.