HVC-directeur: “Het is slecht gesteld met recycling bodemassen”
Met haar bodemaswasinstallatie in Alkmaar levert HVC uitsluitend vrij toepasbare bodemas. Dat daarnaast in Nederland nog steeds ongereinigde bodemassen worden afgezet vindt het publieke afval- energiebedrijf zorgelijk.
Foto: Marc Dorleijn
“Het is slecht gesteld met de recycling van bodemassen in Nederland”, zegt Dion van Steensel, algemeen directeur HVC, onomwonden. “Zolang er nog ongereinigde bodemassen worden toegepast, zijn er grotere milieurisico’s dan nodig. Bovendien belemmert onzekerheid over het tweede hergebruik ervan de circulaire economie.”
Van Steensel reageert hiermee op de medio juli verschenen signaalrapportage over bodemassen van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). Hierin signaleert de dienst dat een groot deel van de opwerkers van bodemas ervoor kiest om dit ongereinigd toe te passen als ingrediënt van bouwproducten zoals bouwblokken of cementgebonden funderingen. De intentie van een Green Deal over bodemassen was echter om bodemas te reinigen naar vrij toepasbaar materiaal, dat dan bijvoorbeeld te gebruiken is ter vervanging van zand in de grond-, weg- en waterbouw.
“HVC is groot voorstander van de route van het ministerie om reiniging – en daarmee veilig en duurzaam hergebruik – van deze bouwstoffen te stimuleren”, vervolgt Van Steensel. “Dat in de branche, hoewel binnen de wet, nog steeds grotendeels gekozen wordt voor het afzetten van verontreinigde bodemas vinden wij zeer zorgelijk. De branche zou juist de rijen moeten sluiten in het belang van de circulaire economie.”
HVC beschikt zelf over een bodemaswasinstallatie in Alkmaar. Verontreinigingen in het restproduct van restafvalverbranding in afvalenergiecentrales die wateroplosbaar zijn – en dus schadelijk voor het milieu – wast de installatie er letterlijk uit. De installatie levert uitsluitend vrij toepasbare bouwstof die gebruikt kan worden als vervanger van zand in de fundering en ophoging in de grond-, weg-, en waterbouw.
