Het voorstel voor de Nationale Circulaire Plastics Norm is onvoldoende uitgewerkt, vindt het Adviescollege toetsing regeldruk.
Het kabinet kiest er met de Nationale Circulaire Plastics Norm (NCPN) voor om vooruit te lopen op een Europees vormgegeven norm. Dat, ondanks dat uit de memorie van toelichting niet duidelijk wordt of, en zo ja hoe effectief het Nederlandse wetsvoorstel zal zijn. En in combinatie met Europese wetgeving die op dit moment in voorbereiding is, kan de NCPN leiden tot onnodige regeldruk voor de Nederlandse plasticindustrie. Dat schrijft het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) in een advies aan demissionair minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat.
Het ATR vreest dat het wetsvoorstel mogelijk gaat leiden tot weglekeffecten. Daarmee bedoelt het adviescollege dat Nederlandse verwerkers als gevolg van kostprijsstijgingen mogelijk naar het buitenland vertrekken, om daar “vervuilende fossiele polymeren” te blijven produceren. Het ATR verwijst naar een rapport van CE Delft waarin staat dat er nader onderzoek nodig is naar de grootte van dit soort weglekeffecten, omdat hier nog veel onduidelijkheid over bestaat. “De huidige onderbouwing van het wetsvoorstel is dan ook te beperkt om gegronde uitspraken te kunnen doen over de effectiviteit van de voorgestelde norm”, aldus het ATR.
Er bestaat volgens het ATR grote onduidelijkheid over de effecten van de NCPN en de kosten die het Nederlandse bedrijfsleven voor de kiezen krijgt als gevolg van de nieuwe nationale norm. Een Europees vormgegeven norm ligt daarom meer in de reden, schrijft het ATR. Dus adviseert het adviescollege het kabinet om nader toe te lichten waarom is gekozen voor een nationale norm die vooruitloopt op een dergelijke Europese norm. In die toelichting moeten ook de huidige onzekerheden over de effecten van een nationale norm worden meegenomen. Zeker ook gezien het feit dat het kabinet zelf ook erkent dat nationale wetgeving mogelijk leidt tot een ongelijk speelveld op de Nederlandse markt, en het zich daarom inzet om de norm in Europees verband te gaan vormgeven.
Tot slot moet het kabinet toelichten hoe de EU-wetgeving die nu zich nu nog in de voorbereidingsfase bevindt, is meegenomen in de ontwikkeling van de NCPN en hoe het kabinet onnodige regeldruk voorkomt.
De federatie Nederlandse Rubber- en Kunststofindustrie (NRK) en Plastics Europe lieten eerder deze week in reacties op de internetconsultatie over de NCPN weten dat zij ook twijfels hebben over de norm. NRK vreest dat het wetsvoorstel een ongelijk speelveld creëert voor Nederlandse verwerkers en gaat zorgen voor forse negatieve economische gevolgen en tegenvallende milieueffecten. Liever ziet de NRK aanpassingen op EU-niveau.
Ook Plastics Europe is een voorstander van ambitieuze EU-normen voor het opnemen van recyclaat in producten en toepassingen. Maar de brancheorganisatie is het met de Nederlandse overheid eens dat dit nu te gefragmenteerd en te traag verloopt. Plastics Europe juicht een Nederlandse koploperspositie toe, zolang deze aansluit bij wat later Europees navolging vindt. De Nederlandse aanpak wijkt volgens Plastics Europe echter af van wat Europees wordt uitgedacht.