Meldpunt nieuwe stijl
Niet alleen bedrijven en brancheorganisaties fuseren, ook ambtelijke diensten ontkomen - gelukkig - niet aan opschaling. Met ingang van 1 januari 2005 worden bijvoorbeeld het AOO, het IMA (Internationaal Meldpunt Afvalstoffen), het LMA (Landelijk Meldpunt Afvalstoffen) en Bureau De Roever samengebracht in één agentschap dat ten dienste staat van het ministerie van VROM. Dit agentschap gaat op haar beurt weer onderdeel uitmaken van de onlangs gefuseerde organisaties Senter en Novem.
Eén van de fuserende partners - het IMA, een instituut dat zich bezighoudt met de uitvoering van de Europese verordening die de overbrenging van afvalstoffen (EVOA) regelt - zal binnen het nieuw te vormen agentschap voortaan met de inspirerende en allesomvattende naam 'cluster EVOA' door het leven gaan. Wat betekent deze opschaling en wat gaat er veranderen?
Enkele punten op een rij. In het najaar van 2004 gaat het cluster EVOA al van start, zodat men op 1 januari aanstaande goed op haar taak is voorbereid. Belangrijk verschil met het huidige Internationale Meldpunt is dat men gebruik maakt van een geheel nieuwe en naar verluidt verbeterde, automatisering. Ook het elektronische melden zal zijn intrede doen. Dat klinkt veelbelovend. En enkele beleidsambtenaren die thans nog bij het ministerie van VROM werkzaam zijn, zullen overstappen naar het cluster. De gedachte hierachter is dat zij ervoor zorgen dat beleid en uitvoering beter worden gecombineerd. Opvallend is echter dat het cluster EVOA voor wat betreft het onderdeel uitvoering, geheel wordt bemand door nieuwe mensen, waarbij VROM zich haast te zeggen dat de bedrijven daar niets van zullen merken. Sterker nog, de nieuwe dienstverlening 'zal beter op de wensen uit de praktijk worden afgestemd.'
Maar dat is de vraag. Vooral als men in ogenschouw neemt dat het afvalbedrijfsleven al vele jaren worstelt met het IMA. Het huidige IMA is immers slecht bereikbaar, de deskundigheid ontbreekt vaak, het faxapparaat is niet op haar taak berekend en het personeelsverloop is erg groot. De bureaucratie tiert welig: voor identieke aanvragen voor een exportbeschikking worden steeds weer andere en nieuwe vragen gesteld. Door wanhoop gedreven heeft een aantal bedrijven in het verleden al eens voorgesteld om voor rekening van het bedrijfsleven een efficiënte IMA-buitendienst in te stellen, die de exportaanvragen op locatie komt opnemen.
VROM verwacht dat het bedrijfsleven niets merkt van de overgang van het IMA naar het cluster EVOA. Maar de branche hoopt eigenlijk van wel. Zouden alle problemen door het instellen van het nieuwe agentschap nu eindelijk tot het verleden gaan behoren? Wij laten ons graag verrassen. VROM verdient een groot compliment als het lukt.
Vakblad Afval! augustus 2004 (nummer 6)
