Voor de ontwikkeling van EU-brede einde-afvalcriteria heeft de Europese Commissie de eerste twee afvalstromen gekozen, waarop het zich gaat richten. Kunststofafval is er één van.
De Europese Commissie gaat EU-brede einde-afvalcriteria ontwikkelen voor kunststofafval (waaronder gemengd kunststofafval, polystyreen en polypropyleen) en textielafval (waaronder gescheiden ingezamelde kleding, gemengde vezels en cellulosevezels). De keuze voor deze afvalstromen is gebaseerd op het rapport ‘Scoping possible further EU-wide end-of-waste and by-product criteria’ van het Europese onderzoekscentrum JRC en het directoraat-generaal voor het Milieu van de Europese Commissie (EC). Uit dit rapport blijkt dat kunststofafval als afvalstroom de meeste potentie heeft om toegevoegde waarde voor de EU te garanderen, gevolgd door textielafval.
De beoordeling van de potentie vond plaats aan de hand van twaalf criteria, waaronder de tarieven van inzameling en materiaalhergebruik, de geschatte EU-marktwaarde, de mogelijkheid om kritische grondstoffen terug te willen en de verwachte gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid.
De Commissie en het JRC beginnen in het tweede kwartaal van 2022 met de ontwikkeling van einde-afvalcriteria voor kunststofafval. Naar verwachting zal de technische beoordeling in het eerste kwartaal van 2024 worden afgerond. In 2023 starten naar verwachting de werkzaamheden aan de einde-afvalcriteria voor textielafval. Wanneer de werkzaamheden aan deze criteria voor rubberafval, bouw- en sloopafval en oud papier en karton van start gaan, is nog onduidelijk.
» JRC: Scoping possible further
EU-wide end-of-waste and by-product criteria