De Tweede Kamer heeft moties aangenomen over mestvergisting, circulaire windmolenparken én een minimumhoeveelheid recyclaat in plastic. Een motie om biomassasubsidies in te trekken strandde.
Een meerderheid in de Tweede Kamer heeft zich gisteren (29 november) achter twee moties geschaard van CDA-Kamerlid Henri Bontenbal. In de eerste motie roept hij, samen met collega-Kamerlid Laurens Dassen (Volt) de Nederlandse regering op om zich te gaan inzetten voor het versneld instellen van ambitieuze Europese wetgeving voor een minimumhoeveelheid recyclaat in plastics. Bij deze inzet moet de Nederlandse regering optrekken met gelijkgestelde lidstaten, waarbij ons land een voortrekkersrol inneemt zodat investeringen in recyclaat versneld op gang komen.
In de praktijk zet Nederland zich in Brussel overigens al geruime tijd in voor een minimumhoeveelheid recyclaat in plastic. Ook trekken bewindslieden hierbij op met collega’s uit het buitenland. Onlangs nog stuurde Nederland samen met Duitsland, Oostenrijk en Luxemburg een brief naar de Europese Commissie waarin werd gepleit voor de (verplichte) toepassing van gerecycled materiaal in verpakkingen. Dat Klimaatminister Rob Jetten de motie eerder ‘oordeel Kamer’ meegaf, was dus niet verbazingwekkend.
Bontenbal en Dassen vonden het echter belangrijk de motie in te dienen, omdat ze voorzien dat het nog lang zal duren voordat EU-wetgeving voor een minimumhoeveelheid recyclaat in plastics gereed is. Ze verwachten dat een minimumpercentage groene grondstof in plastic echter kan leiden tot de afbouw van de afhankelijkheid van aardolie en zekerheid voor producenten over investeringen in verduurzamingen en stimulering van de circulaire economie.
In de tweede motie die een meerderheid haalde, vraagt Bontenbal, samen met zijn collega’s Derk Boswijk (CDA), Silvio Erkens (VVD) en Pieter Grinwis (ChristenUnie), de regering om een concrete strategie te ontwikkelen om de uitrol van mestvergisting te ondersteunen en versnellen, en te onderzoeken hoe mestvergisting optimaal kan bijdragen aan het realiseren van ten minste 2 miljard kubieke meter groengasproductie.
In de ogen van de Kamerleden kan een flinke intensivering van groengasproductie door mestvergisting in de landbouw een belangrijke bijdrage leveren aan het bereiken van de klimaat- en stikstofdoelen en het verkleinen van de afhankelijkheid van aardgasimport. Minister Jetten benadrukte eerder dat Nederland in de eerste plaats vooral moet zorgen voor minder mest, maar dat de mest die er is natuurlijk het best zo hoogwaardig mogelijk moet worden ingezet.
De Tweede Kamer nam verder een motie aan van D66-Kamerleden Raoul Boucke en Kiki Hagen. Zij willen dat de regering ten aanzien van circulariteit eisen opneemt in alle nog uit te schrijven tenders voor windparken op zee. Onlangs stelden de twee al Kamervragen over de recyclebaarheid van windmolens, die nog te wensen over laat. In de beantwoording van die vragen liet Jetten al weten dat circulariteit wat het kabinet betreft meegenomen gaat worden in de vergunningverlening voor windparken.
CDA-Kamerlid Romke de Jong en D66-Kamerlid Mustafa Amhaouch kregen verder de handen op elkaar voor een motie die de regering oproept te onderzoeken wat ondernemers zelf kunnen doen om hun productieproces te verduurzamen en waar zij geholpen kunnen worden hier beter inzicht in te krijgen.
Een motie van Lammert van Raan die een eind moest maken aan subsidies op het verbranden van houtige biomassa, schoot de Kamer af.