Tweede Kamerlid Kiki Hagen mag zich heel even een beetje staatssecretaris voelen. De Kamer heeft 26 vragen over haar initiatiefnota voor een meer circulaire kledingindustrie. En zijzelf dus flink wat huiswerk.
Zoals een staatssecretaris na het versturen van nieuwe beleidsvoorstellen getrakteerd wordt op spervuur aan vragen, zo mag ook D66’er Hagen zich nu over een serie vragen uit de Kamer buigen. Haar collega’s vragen haar veelal om verduidelijking van haar voorstellen, om nadere onderbouwing en om de verwachte resultaten mochten al haar voorstellen uitgevoerd worden. Dus: hoeveel minder kleding zal er worden gekocht en hoeveel meer kleding zal er worden gerecycled?
Tussen de vragen uit de Kamer zitten verschillende vragen die mogelijk lastig te beantwoorden zijn voor een Kamerlid zonder compleet ambtenarenapparaat achter zich. Enkele voorbeelden daarvan: hoe vaak moet een kledingstuk gedragen worden om het duurzaam te laten zijn; hoe vaak wisselt kleding van eigenaar, voordat het wordt weggegooid; en hoeveel geretourneerde kleding wordt nu vernietigd en welke landen hebben het meest te maken met de gevolgen hiervan?
Opvallend zijn ook enkele kritische vragen over waar Hagen haar informatie precies vandaan haalt en of ze zaken kan staven met cijfers. Kan ze de stellingen onderbouwen dat er sprake is van valse duurzaamheidsclaims in de kledingsector; dat het bedrijfsmodel van grote modeconcerns gericht is op goedkope kleding van slechte kwaliteit, die maar voor 1 procent wordt gerecycled; en dat de voorgenomen UPV-kleding geen extra prikkel biedt om in hoogwaardige recycling te investeren?
Gesuggereerd wordt ook dat Hagen hier en daar goochelt met cijfers. Hoe valt een opmerking uit de nota dat er jaarlijks 764.000 vuilniswagens met textiel worden weggegooid of verbrand, te rijmen met de stelling uit diezelfde nota dat er elke seconde een vuilniswagen textiel wordt verbrand of gestort, 41 keer zoveel? Welke stelling is juist en waarop zijn beide gebaseerd, klinkt het uit de Kamer.
Verder zou Hagen nog even een duik in het gebruik van chemicaliën in de textielsector moeten nemen, wat haar collega’s in de Kamer betreft. Kan ze een lijst van bij elkaar ongeveer 8.000 verschillende soorten chemicaliën, die in de textielindustrie gebruikt worden, delen en kan zij aangeven welke van deze chemicaliën niet toegestaan zijn, dan wel waarvan het gebruik boven de toegestane hoeveelheid zou zijn? En kan ze aangeven hoe het gebruik van chemicaliën in de kledingindustrie verdeeld is over de wereld?
Begin dit jaar gaf Recycling Netwerk Benelux aan blij te zijn met de initiatiefnota van Hagen, maar één belangrijk punt te missen: er ontbreekt een duidelijk plan voor productpreventie en daarmee ook preventie van primair grondstoffengebruik. De Kamer lijkt dit punt van de milieuorganisatie te hebben opgepikt, want Hagen wordt ook gevraagd in hoeverre het minder kopen van kleding onderdeel is van de voorstellen in haar initiatiefnota.
Al met al heeft Hagen flink wat huiswerk, zo lijkt het. De plenaire behandeling van haar initiatiefnota staat gepland voor 17 april aanstaande. In de tussentijd werkt de 'echte staatssecretaris' overigens gestaag door aan het meer circulair maken van de textielketen. Uit haar reactie op de nota van Hagen bleek eerder deze maand dat het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat al met veel onderwerpen hieruit bezig is, en anders Brussel wel.