Categorie: Circulaire activiteiten | Gepubliceerd: 29 augustus 2023

Sympany-directeur: “We moeten lenig worden”

Als textielinzamelaar en -sorteerder moet Sympany 'het goede doen' en dat is meer dan gewoon duurzaam ondernemen. Dat vindt Charles Graft, sinds dit voorjaar directeur van de organisatie, die opereert in een onzekere context.

Charles Graft, directeur/bestuurder van Sympany, voorziet een grote consolidatieslag in de markt voor afgedankte kleding en textiel.
Foto: Sympany

Charles Graft staat met Sympany voor een enorme opdracht. Het inzamel- en sorteerbedrijf wil de komende jaren toewerken naar een zo circulair mogelijke textielketen. Een doel dat Sympany, in ieder geval op papier, deelt met producenten en importeurs van textiel. Zij zijn sinds kort via de UPV Textiel verantwoordelijk voor de inzameling en verwerking van afgedankt textiel en worden op termijn afgerekend op harde doelen voor recycling en hergebruik. Maar op dit moment hebben vooral gemeenten nog de regie over de inzameling van textiel uit huishoudens. De ruimte die Sympany heeft om te investeren in een meer circulaire keten wordt nog voor een aanzienlijk deel door hen bepaald.

“Sympany verdient geld met het herbruikbare textiel dat we inzamelen”, vertelt Graft. “De winst die we hiermee maakten investeerden we lang in ontwikkelingslanden. Een aantal jaar geleden zijn we dat gaan afbouwen. Onze winst gaat nu naar investeringen in een circulaire textielketen. In overleg met onze opdrachtgevers bepalen we nu waar het geld naartoe gaat. Om meer textiel te kunnen hergebruiken en recyclen investeren we in de verbetering van de inzameling, sortering en de ontwikkeling van zowel mechanische als chemische recyclingoplossingen, maar bijvoorbeeld ook in transparantie. Wie dat wil, moet precies kunnen zien wat wij met textiel doen en wat dat oplevert voor mens en milieu. We willen niet gewoon duurzaam ondernemen, we willen ‘het goede doen’.”

Investeren in turbulente tijd

Voordat Graft dit voorjaar directeur/bestuurder werd van Sympany, hield hij voor de organisatie (mogelijke) samenwerkingsverbanden tegen het licht. “Een belangrijke vraag is natuurlijk waar we onze winst het beste kunnen investeren om dichterbij die circulaire textielketen te komen”, zegt Graft. “Een probleem daarbij is dat we veelal langetermijninvesteringen willen doen, maar dat we werken in een onzekere context. Rond de uitwerking van de UPV Textiel is er veel onduidelijkheid. In 2024 lijken de producenten/importeurs 3 eurocent per stuk textiel te willen betalen voor de inzameling, sortering en recycling. In 2025 zou dat 6 eurocent worden. Dat is veel te weinig. Veel gemeenten moeten op dit moment ook elk dubbeltje omkeren. Ik heb er dus best begrip voor dat het bijdragen aan het sluiten van de textielketen voor hen niet top of mind is. Een knop waar we zelf aan kunnen draaien, is de prijs van het textiel dat we afzetten. Maar we hebben wel rekening te houden met een volatiele, globale markt.”

En Graft ziet nog meer onzekerheden. Met de EU Green Deal wil de Europese Commissie inzetten op circulaire hubs waar afvalstromen, zoals textiel, efficiënt worden gemanaged. “Maar waar komen die hubs en hoe zien ze er precies uit?”, vraagt de Sympany-directeur zich hardop af. “Om te innoveren in de textielketen, iets wat hard nodig is, is het in ieder geval belangrijk dat we veel meer gaan samenwerken. Wellicht inderdaad in hubs. Ik voorzie een grote consolidatieslag. Om ons hierop voor te bereiden moeten we lenig worden. Dat betekent efficiënter werken. Bijvoorbeeld door te automatiseren in de sortering, maar ook de inzameling moet beter.”

Snel leren

Graft werkt al vijftien jaar aan het doorlichten, herstructureren en (opnieuw) opbouwen van bedrijven en heeft volop ervaring bij textielbedrijven. De klus is dus een kolfje naar zijn hand. “We moeten concurrerend blijven”, zegt hij. “In Nederland hebben we te maken met relatief hoge arbeidskosten, maar toch geloof ik dat we de sortering van textiel hier kunnen houden. We moeten alleen wel een stap vooruit blijven. Daarom is investeringszekerheid zo belangrijk.”

De Sympany-directeur hoopt dat de UPV-verantwoordelijken snel leren van de UPV-systemen voor andere afvalstromen. “Om de UPV-doelen voor textiel te halen, moeten we in de keten écht samenwerken”, stelt hij. De producenten/importeurs, maar ook de overheid, zullen signalen van inzamelaars, sorteerders en recyclers serieus moeten nemen. “Dat meer dan de helft van het afgedankte textiel in Nederland nog bij het restafval belandt is eigenlijk ongelooflijk. In Duitsland wordt 60 procent gescheiden ingezameld. Dat kunnen wij ook, maar daar moet dan wel beleid op worden gezet en vervolgens naar worden gehandeld. Boeken we hier geen vooruitgang, dan wordt het wel erg ingewikkeld om de UPV-doelen voor recycling en hergebruik te halen. Laten we allemaal onze verantwoordelijkheid nemen.”