Tijdens de tweede onderhandelingsronde over de cao Gemeenten en SGO dreigt een impasse te ontstaan tussen de werkgevers en de vakbonden.
De werkgeversorganisaties VNG en WSGO vroegen de vakbonden eerder om tot een prioritering en rangordening te komen van hun verzamelde voorstellen. Zo wil de FNV een loonsverhoging van 7 procent, maar de werkgevers vinden die eis fors. Tijdens de korte tweede onderhandelingsronde afgelopen woensdag 4 december gaven de bonden aan pas een prioritering te willen maken na een loonbod door de werkgevers.
De werkgeversorganisaties gaan zich bezinnen op een volgende stap om uit deze impasse te komen. Ze vinden het belangrijk dat er in een periode van financiële krapte duidelijkheid komt over de arbeidsvoorwaarden voor werknemers en de kosten daarvan voor de werkgever.
De werkgevers gaven al eerder aan dat de bonden rekening moeten houden met de financiële (on)mogelijkheden van de gemeentelijke sector. De VNG en WSGO hebben aangegeven in het belang van de sector gemeenten en haar medewerkers een tweejarige cao te willen afsluiten met een “prudente loonontwikkeling”. Ze beschouwen 2026 als zogeheten ‘ravijnjaar’, waarmee ze doelen op een enorm begrotingsgat voor gemeenten, en vinden dat de bonden te eenvoudig aan dit jaar en het begrotingsgat voorbij gaan.