Categorie: Ketens en markten | Gepubliceerd: 21 november 2025

Kunnen CO2-rechten plasticrecyclers uit de misère halen?

De Nederlandse plasticrecyclingsector heeft het zwaar, terwijl juist met plasticrecycling forse klimaatwinst te halen is. Kunnen carbon credits het wankele verdienmodel van recyclers ondersteunen?

Waarschijnlijk wel, is de conclusie van een onderzoek door adviesbureau Orca in opdracht van Invest-NL. Aan de hand van het in 2024 gefailleerde Umincorp wordt duidelijk hoe een relatief jonge markt toch het verschil had kunnen maken tussen faillissement en voortbestaan.

Nederland wil in 2050 volledig circulair zijn en in 2035 moet minimaal 55 procent van de grondstoffen van duurzame (biotische) en secundaire oorsprong zijn. In de praktijk botst die ambitie frontaal op de economie van plasticrecycling. Inzamelen, sorteren en verwerken is relatief duur, omdat recyclaat moet concurreren met goedkoop virgin plastic uit regio’s met lagere milieueisen en kosten voor arbeid en energie. De vraag naar gerecycled materiaal is hierdoor grillig, mede omdat regelgeving die verplicht gebruik ervan onvoldoende houvast biedt. Het gevolg is een reeks faillissementen van innovatieve spelers als Umincorp, Ioniqa en Ecocircle. Tegelijkertijd laat onderzoek van CE Delft zien dat elke kilo gerecycled kunststof tot meerdere kilo’s CO2-reductie kan opleveren ten opzichte van nieuw plastic en verbranding. Daarmee is plasticrecycling feitelijk een klimaatmaatregel die nu onvoldoende wordt beloond.

Credits = geld

Carbon credits vertalen die klimaatwinst in geld: één verhandelbaar certificaat staat voor één ton vermeden of verwijderde CO2-uitstoot. Voor plasticrecycling gaat het om ‘avoidance’: emissies die niet ontstaan doordat geen nieuw plastic hoeft te worden geproduceerd en afval niet in de oven verdwijnt. Via standaarden als de Stichting Nationale Koolstofmarkt (SNK) kunnen projecten worden gecertificeerd. Van Werven doet dat al met gemengde harde kunststoffen en verkoopt Nederlandse credits op de vrijwillige markt.

Had het Umincorp gered?

Umincorp opende eind 2022 een fabriek in Rotterdam, die lastig recyclebare plastics uit huisvuil omzet in hoogwaardige rPET-korrels. Het bedrijf ontwikkelde samen met SNK een methodiek om de jaarlijkse CO2-reductie (ongeveer 30 kton) om te zetten in evenzoveel carbon credits. Door lage recyclaatprijzen en aangescherpte EU-regels voor food-grade toepassingen stortte de businesscase echter in en ging Umincorp begin 2024 failliet, nog vóór certificering. Scenario’s in het rapport laten zien dat bij verkoop van een deel van de credits tegen prijzen tussen 50 en 100 euro per stuk, een extra omzet tot enkele miljoenen euro’s per jaar mogelijk was. Volgens voormalig CEO Arjen Wittekoek zou ongeveer 1,5 miljoen euro aan jaarlijkse creditopbrengsten voldoende zijn geweest om de activiteiten rendabel voort te zetten.

Overheid kan helpen

De vrijwillige koolstofmarkt in Nederland is echter nog niet ontwikkeld: tot nu toe zijn slechts zo’n twintigduizend credits verkocht, terwijl er veel meer beschikbaar zijn en internationale projecten vaak goedkoper zijn. Het rapport wijst daarom op de succesvolle pilot in de landbouw, waar het ministerie van Landbouw Visserij Voedselzekerheid en Natuur via het Nationaal Groenfonds carbon credits voor biobased bouwmaterialen vóórfinanciert tegen 75 tot 90 euro per ton CO2. Met 1,2 miljoen euro budget werden ruim 14.000 credits ingekocht en circa 1.100 hectare vezelgewassen aangelegd.

Een vergelijkbare constructie voor plasticrecycling zou volgens de auteurs met een jaarlijkse garantie van rond 22 miljoen euro een potentiële reductie van circa 0,39 megaton CO2 per jaar kunnen ontsluiten. Dat is bijna één procent van de nationale opgave tot 2030. Het ministerie van Klimaat en Groene Groei en het programma Circular Plastics NL worden genoemd als logische trekkers van zo’n tijdelijke opkoopregeling.