Ifat 2014 wordt de grootste milieubeurs in de wereld. De lijst met exposanten is inmiddels rond. Wat kan de bezoeker verwachten? Tijdens een voorbereidende bijeenkomst in januari werden alvast een aantal innovaties uit de doeken gedaan.
Wolf-Dietrich Müller, die wat je als beste zou kunnen omschrijven de beursdirecteur is, is zichtbaar vermoeid en tegelijkertijd behoorlijk in zijn nopjes. Hij heeft net de boekingen rond voor de komende Ifat, die in mei in München plaatsvindt en de grootste milieubeurs in de wereld belooft te worden. Van recessie is bij Ifat geen sprake. Müller zoekt de oorzaak daarvan bij het internationale karakter en de investeringsmarkten die zich ten oosten van Duitsland bevinden. “Duitsland heeft van oudsher een sterke en innovatieve milieu-industrie die sterk op export gericht is. In centraal en Oost-Europa, maar ook in Rusland zie je dat er niet alleen aandacht voor milieu is, maar dat er nu ook geïnvesteerd wordt.” Daarnaast is Ifat actief in andere groeimarkten, zoals in China met IE-expo en in India met Ifat India. Die beurzen, zeker in India, zijn nog klein maar zorgen er voor dat men naar München komt voor de ‘grote’ Ifat.
Bij beurzen draait het om de omvang; hoe groter hoe beter. Daarnaast gaat het om de kwaliteit. Ifat 2014 belooft een combinatie van beide te worden. Geen wonder dus dat Müller in zijn nopjes is. Het gevaar van concurrentie, ook in het thuisland, is groot. Het kan zomaar afgelopen zijn. Dat overkwam tenslotte de afvalbeurs Entsorga uit Keulen, die in 2009 voor het laatst werd gehouden en daarna opging in de Ifat. Een aantal andere Europese vakbeurzen onderging hetzelfde lot. Nederland en België hebben immers ook geen brede milieu- of afvalvakbeurs meer. Het Duitse Ifat en het Franse Pollutec zijn als grote internationale evenementen overgebleven. “Dat Ifat de schaalvergroting heeft gewonnen, ligt aan het nauwe contact dat de beurs met de industrie in het thuisland heeft”, legt Müller het geheim van de organisatie uit. “We laten ons leiden door de bedrijven en de brancheverenigingen. Met deze vakorganisaties hebben we een sterke band. Die nemen een centrale plaats in onze conceptontwikkeling in. Het is ook wederkerig: de bedrijven zien de Ifat als ‘hun’ beurs.” Dat is ook de basis voor de toekomstige Ifat. Of de huidige cijfers dan worden verbeterd? Daar durft Müller zich niet aan te wagen.
GreenTec Awards Geen beurs zonder prijzen. Dus ook Ifat kent ze. De beurs is een samenwerking aangegaan met GreenTec Awards. Iedereen kan online stemmen. Er worden dertien categorieën onderscheiden. Inmiddels zijn tweehonderd projecten ingediend en 15 procent daarvan komt van buiten Duitsland. Deze lijken een handicap te hebben, want de promotie om te stemmen is vooral gericht op Duitsland. De categorie recycling en grondstoffen kent tien genomineerden. Inhoudelijk zijn de inzendingen verschillend. Kijk op greentec-awards.com. |
De herontdekking van de pyrolyse is waar Pyreg voor staat, hoewel binnen het bedrijf het P-woord verboden is. Pyrolyse heeft een slechte naam, omdat het restproduct veel schadelijke stoffen bevatten. Pyreg heeft dat nu opgelost door de gassen die vrijkomen niet af te koelen, maar juist te verbranden bij 1.250 graden Celsius. De hete lucht wordt vervolgens weer gebruikt voor het pyrolyse-proces, waarna er nog voldoende overblijft om aan derden te leveren. Uiteindelijk ontstaat koolstof en daar is het Pyreg om te doen. Want de initiatiefnemers van het vijf jaar jonge bedrijf zien de markt daarvoor groeien. Koolstof bindt voedingsmineralen waardoor arme landbouwgronden vruchtbaarder worden. De prijs van de koolstof is afhankelijk van het inputmateriaal. Het beste voorbeeld is een installatie in Oostenrijk, die papierslib verwerkt. De koolstof daarvan levert 500 euro per kilo op, terwijl het input materiaal 150 euro per ton oplevert(vanwege de nog hoge verwerkingstarieven in Oostenrijk). De bruto marge ligt daarmee op zo’n 300 euro per ton input. De Pyreg is volgens directeur Helmut Gerber uitstekend na te schakelen bij een vergister.
Voor Meiller is de Ifat een thuiswedstrijd. De producent uit München toont een nieuwe kipper. De armen daarvan zijn sterker, maar niet zwaarder. Daarnaast wordt de container bij het plaatsen op de wagen gestabiliseerd, waardoor deze schokvrij neerkomt. De lading wordt verder beveiligd met één druk op de knop, waarbij zowel in de voorwaartse als de achterwaartse rijrichting de beveiliging plaatsvindt via het hydraulische systeem. De introductie van Euro 6 zorgt voor uitdagingen voor kippers. Meiller, dat een marktaandeel in Duitsland van 60 procent claimt, zegt nu in samenspraak met verschillende kranenleveranciers oplossingen te hebben gevonden: één hydraulisch systeem voor zowel kraan als kipper.
Vergistingstechnolgie uit een container. Dat gaat Envitec biogas presenteren. Een soort van plug en play vergisten. Het is bestemd voor de kleinschalige toepassingen, vooral slurries. Het bedrijf heeft ook grote installaties voor mest en organisch afval. Uniek is de menger die voor de vergister staat. Door eerst de invoer te verkleinen en te mengen wordt een eenvoudiger te vergisten slurrie verkregen, waardoor het procesverloop sneller en in onderhoud goedkoper is. Het eerste buitenlandse project van het Duitse Envitec staat in Nederland: een mestvergister in Veendam. Envitec vindt de Nederlandse markt lastig: het subsidiebeleid is te onvoorspelbaar. Toch zijn er goede mogelijkheden voor kleinere installaties, bijvoorbeeld bij bakkerijen en slachthuizen.
Bij de voertuigen staat Euro-6 in de schijnwerpers. Vanaf 1 januari 2014 is het verplicht voor nieuwe vrachtwagens en de euro-6 motoren zijn al een dik jaar op de markt. De voertuigen voor afvalinzameling lopen wat achter. De aanpassingen voor de euro-6 is complex, omdat de opbouw nu eenmaal flink ingewikkelder is bij een kraak-perswagen dan bij een transportvoertuig.
Mercedes heeft de zuinigste euro-6 motor die er bestaat, volgens woordvoerder Jürgen Barth. “Met de Econic euro-6 is het brandstofverbruik gedaald met 4 procent en bij de Unimog met 3 procent. De hybride kan zelf met 15 procent minder diesel toe, maar dat hangt natuurlijk vooral af van het rijgedrag.” Op de Ifat worden ook de nieuwe hybride voertuigen getoond, maar Barth is sceptisch over de toekomst ervan. “Altijd is er de vraag of we hybride of elektrische voertuigen hebben. Het is een populaire vraag, maar echte marktvraag is er nauwelijks. Onze verwachting is ook niet dat die er komt tenzij de regelgeving verandert.”
Ook Man presenteert zijn euro-6 op de Ifat, met speciale applicaties voor de afvalinzameling. Man onderscheidt zich volgens pr-productmanager Klaus Fischer, omdat het chassis volledig is aangepast aan de wensen van iedere opbouwer. “Het probleem met Euro 6 is dat het veel ruimte inneemt, vooral op de plaats waar opbouwers van de body ook ruimte willen hebben. Bij Man gaat geen ruimte verloren. Dat komt omdat de ontwikkeling volledig samen met de opbouwers is gedaan. Dat leidt uiteindelijk tot een goedkopere eindoplossing, omdat de fit van body en chassis eenvoudig is.” Ook Man loopt tegen de beperkingen van hybrides aan. “We zien in Frankrijk wel een duidelijke ontwikkeling en vraag naar aanleiding van de presentatie vorig jaar van de Metropolis. In Duitsland is de belangstelling laag, mede vanwege de kosten.
Op de valreep van 2013 is de overname van AMNI door BHS Sonthofen getekend. Het Duitse AMNI was insolvent geraakt en daarmee kreeg BHS een uitgelezen gelegenheid om ook shredders die goed de meer flexibele en elastische materialen – zoals rubber – verkleinen aan het assortiment toe te voegen. Zelf is BHS onder andere producent van shredders voor metalen. Bekend is het bedrijf van het shredderen van bijvoorbeeld koelkasten. Coolrec heeft er dan ook een staan. BHS ziet een markt ontstaan voor shredders die metalen tot steeds kleinere fracties terugbrengen, om zo “het goud uit de stortplaatsen te houden.” Op Ifat geeft BHS daarvoor een aanzet, maar de ontwikkeling van de technologie voltrekt zich vooral de komende jaren.
Het is mogelijk volgens SSI Schäfer: zelfs een gevestigd product als de minicontainer kan nog verbeterd worden. Door een nieuwe productietechnologie heeft de minicontainer dunnere wanden, maar toch een grotere stabiliteit en een langere levensduur, aldus het Duitse bedrijf. Het gebruik van minder kunststof bespaart niet alleen grondstoffen, het betekent ook dat de container makkelijker te gebruiken is en minder energie kost om op te tillen.
Kranenspecialist Sennebogen presenteert op de Ifat twee nieuwe, kleine modellen in de e-serie: de snelle en flexibele 818 met een arm van 11 meter en die iets grotere en vooral sterkere broer, de 821. Belangrijkste verandering is de geluidsreductie. De modellen in de e-serie hebben een geluidsproductie die de helft is van haar voorgangers. Alle modellen zijn ook te leveren met een elektrische motor (via een kabel), en dan is geluid helemaal geen probleem. Evenals de emissies natuurlijk, hoewel die bij de dieselvariant worden weggefilterd.
Dat nevels geur en stof absorberen is niet nieuw. Maar wel dat het watergebruik daarbij omlaag kan. Hoe kleiner de druppel, hoe fijner de nevel en hoe lager het waterverbruik. Het Engelse Mist-Air zal op de Ifat zijn nieuwste loot presenteren: een stofonderdrukkingssysteem via een relatief klein mobiel apparaat dat een bijzonder fijne nevel kan verspreiden met minder water en minder vochtneerslag.
Moba levert identificatiesystemen en wil zich onderscheiden door alles zelf te ontwikkelen en te maken. In Duitsland is ongeveer de helft van de bechipte containers voorzien van Moba, beweert het bedrijf. Op Ifat laat Moba voor het eerst zijn hoge-frequentie (UHF) oplossingen zien voor het lezen van containers op grotere afstand. De toepassing daarvan ligt vooral bij de grotere bedrijfsafvalcontainers. Het risico bij het lezen over grotere afstand was altijd dat niet de gegevens van de op te nemen container werden verkregen maar van een die er toevallig naast staat. Dat heeft Moba nu opgelost. Bij huisvuil-minicontainers is dat heel anders, omdat daar de afstand tussen chip en lezer veel kleiner is. In Nederland wordt UHF al toegepast, maar dan door de distributeur zelf. Vconsyst gebruikt het voor de identificatie van ondergrondse containers bij het onderhoud.
Als Europa’s grootste producent van liftsystemen voor inzamelvoertuigen, presenteert Zoeller op Ifat veertien wagens op het buitenplein. De focus ligt bij de achterladers op een nieuwe splitbelading; vooral op de Duitse markt erg populair. Daarnaast is er een Micro, met een volume van 7 kubieke meter, die op een Mitsubishi Canter volledig elektrisch is. Ook elektrisch is de Medium XLS plug waarbij de accu’s voldoende energie voor een hele werkdag kunnen leveren en de prestaties overeenkomen met een traditioneel systeem. CO2- en geluidsreductie zijn de voordelen.
Ausa stelt het iLink-system centraal: een concept waarmee drie verschillende functies in één voertuig worden gecombineerd. Het gaat om een straatveger, straatreiniger en sneeuwruimer op een chassis. Voor iedere taak levert de machine volledige prestaties, beweert de Spaanse fabrikant, waardoor de inzetbaarheid beduidend wordt vergroot. En dat bespaart aanzienlijk op de kosten.
Vakblad Afval! maart 2014 (nummer 2)