Indaver zet buitenlandse expansie door in VK

Op de Rivenhall airfield site in Essex gaat Indaver een installatie bouwen waarin het jaarlijks 595 kton niet-recyclebaar afval gaat verwerken, dat nu nog deels plaatselijk wordt gestort en deels wordt geëxporteerd. De energie die bij het verbrandingsproces vrijkomt, wordt omgezet in elektriciteit (49,9 MW) voor circa 60.000 gezinnen. De bouw van de installatie vergt een investering van 555 miljoen euro.

Nu alle noodzakelijk vergunningen zijn verkregen om het project door te laten gaan, voorziet Indaver nog dit jaar te starten met de bouw van de installatie. In 2025 zou deze dan opgestart kunnen worden. Het project zal gerealiseerd worden binnen Indaver Rivenhall Ltd, een Britse dochteronderneming van de Indaver groep.

Tot maart vorig jaar werd RDF uit Essex nog verwerkt in de afvalenergiecentrale van AEB in Amsterdam. Na een aanbesteding in 2019 is de verwerking van het RDF voor de komende jaren echter gegungd aan Enovert, dat jaarlijks circa 200 kton RDF zal storten op een stortplaats in Colchester. De overstap lijkt mede ingegeven door de invoering van de importheffing in Nederland.

Groei in het VK

Het Rivenhall project is Indavers derde project voor de productie van energie uit afval in het VK. Indaver is momenteel last remaining bidder voor het ‘Local Authority residual waste treatment project’ in het Noord-Ierse Belfast (waarde: 266 miljoen euro). Daarnaast verwierf Indaver recent ook het contract voor het opereren van de afvalenergiecentrale in het Schotse Aberdeen. Deze installatie is in aanbouw en zal in 2022 in bedrijf genomen worden.

In Ierland opereert Indaver reeds een afvalenergiecentrale voor 240 kton niet-recyclebare afvalstoffen ten noorden van Dublin en voorziet ze de bouw van een vergelijkbare installatie in Cork (Zuid-Ierland).

Indaver gaat bij het realiseren van de diverse projecten uit van een financiering via de eigen balans. Dit wordt op dit ogenblik in samenwerking met Katoen Natie verder uitgewerkt.