Categorie: Bedrijven | Gepubliceerd: 09 augustus 2021

AVR richt pijlen op commerciële activiteiten HVC

Volgens AVR verricht HVC een te groot aandeel activiteiten voor niet-aandeelhouders. Daarom zou een deel van de gemeentelijke overeenkomsten niet rechtmatig zijn afgesloten. AVR kondigt maatregelen aan als HVC dit niet verandert.

AVR heeft berekend dat 55 procent van de activiteiten van HVC commercieel zijn, of in elk geval worden verricht voor niet-aandeelhouders. En dat is problematisch, want gemeenten maken veelal gebruik van de quasi-inhouse uitzondering om activiteiten aan HVC te gunnen. Een voorwaarde daarvoor is dat minstens 80 procent van de activiteiten van het bedrijf voor aandeelhouders wordt verricht. Daar blijft HVC dus ver onder. De huidige overeenkomsten zouden daarmee onrechtmatig zijn, en nieuwe overeenkomsten zoals die met de Avalex-gemeenten zouden niet meer worden mogen afgesloten.

AVR heeft haar bevindingen per brief gestuurd aan HVC én aandeelhouders van HVC. De brief aan HVC zelf is verstuurd namens advocatenkantoor CMS. Daarin kondigt AVR ook aan dat het, als het geen 'adequate reactie' van HVC ontvangt, mogelijk maatregelen zal nemen. HVC zal volgens CMS "moeten kiezen of delen": of vooral publieke taken verrichten voor aandeelhouders en niet meer deelnemen in commerciële aanbestedingen, of een breed scala aan publieke en private taken verrichten, maar dan geen gebruik meer maken van de quasi-inhouse uitzondering.

Berekening

Volgens AVR zou slechts 45 procent van de activiteiten van HVC dus voor aandeelhouders worden uitgevoerd. Dat berekent het bedrijf, enigszins kort door de bocht, op basis van de verwerkte hoeveelheden afval. In 2020 verwerkte HVC 411 kton huishoudelijk afval van aandeelhoudende gemeenten en 502 kton bedrijfsafval. Die verhouding is 45/55 en daarmee "kan AVR niet anders, dan concluderen dat niet wordt voldaan aan het merendeelcriterium". Gemeenten zouden dus ook geen gebruik kunnen maken van de quasi-inhouse uitzondering, vindt AVR.

Publiek versus privaat

AVR is al langer op oorlogspad tegen inbestedingen die in de ogen van het bedrijf onrechtmatig zijn. Zo werden rondom de plannen van Avalex-gemeenten om aan te sluiten bij HVC meerdere brieven aan de gemeenten verstuurd, waarin ze werden opgeroepen toch vooral Europees aan te besteden. De gemeenten kozen desondanks voor aansluiting bij HVC. Ook Groningen ontving een brief van AVR en andere private afvalverwerkers voordat de gemeente zich aansloot bij Omrin. Tegen de quasi-inbesteding van de Bar-gemeenten bij Omrin werd zelfs een rechtszaak gevoerd, hoewel zonder succes.  

Contact

In de brief aan de gemeenten benadrukt AVR wel dat het bedrijf er "niet op uit is om buiten de concurrentie om een opdracht voor de in HVC deelnemende aanbestedende diensten uit te voeren". Wel wil AVR gemeenten helpen een verwerker te kiezen die bij hun past, en commercieel directeur Jasper de Jong kondigt aan contact op te nemen "om een en ander met u te bespreken".

Raadsvragen

In de gemeenteraad van Medemblik zijn al vragen gesteld over de inhoud van de brief. De ChristenUnie en lokale partij PWF willen van het college van B en W weten of de inhoud van de brief juist is en wat daarvoor de gevolgen zijn voor de contracten van de gemeente. 

Zowel AVR als HVC konden vanochtend nog niet reageren tegenover AfvalOnline.