Met het strooien van houtsnippers op een lopende band opende Koningin Beatrix gisteren de bio-energiecentrale van HVC.
De Koningin was erg onder de indruk van de centrale. Dat waren ook de
450 genodigden die massaal aanwezig waren, want dat de Koningin de opening
verricht maakt toch een groot verschil. HVC is vanzelfsprekend trots; met
de installatie én met het bezoek. Voor HVC is de installatie de
eerste stap in de richting van een nul-uitstoot van CO2, zonder
het energierendement te reduceren.
MEP-regeling
Het is de eerste grote bio-centrale die in Nederland wordt geopend. Bij
Twence draait de installatie inmiddels, maar deze is nog niet officieel
geopend en bij AVR gaat de installatie in de tweede helft van dit jaar in
proefbedrijf. Dat zullen voorlopig ook de laatste installaties zijn van
deze soort. Want de drie centrales zijn alle drie mogelijk gemaakt door de
MEP-regeling. Toen HVC zijn MEP-aanvraag binnen had, werd de regeling tien
dagen erna ingetrokken wegens budgetoverschrijding. Volgens HVC-directeur
Wim van Lieshout was het niet moeilijk de voorspellen dat de MEP aan zijn
eigen succes ten onder zou gaan. Toch had blijkbaar niet iedereen die
voorspellende gave, gezien het rumoer dat ontstond toen toenmalig
EZ-minister Wijn de subsidieregeling introk. De installatie vergt een
investering van tachtig miljoen euro en daarvoor was de MEP onontbeerlijk.
Tien jaar duurt de subsidie en in die periode wordt de installatie voor
tweederde afgeschreven. De levensduur is natuurlijk langer. Wat er na die
tien jaar gaat gebeuren, is onzeker. Onduidelijk is hoe de hout- en
biomassamarkt zich dan ontwikkeld heeft. De installatie kan omgebouwd
worden in een installatie die ook andere stromen kan verwerken.
Belangrijk draagvlak
Tijdens zijn toespraak wees en prees Wim van Lieshout op de snelheid
waarmee de procedures waren doorlopen en de bouw was voltooid. "De snelle
afhandeling door de betrokken overheden, medewerking van de milieubeweging
bij het opstellen van de emissie-eisen en de welwillendheid van de
omwonenden zijn van doorslaggevend belang geweest." HVC is zich er van
bewust dat zonder draagvlak dergelijke initiatieven teveel gevaar lopen.
Bij de uitbreiding van de installatie met de vierde lijn is immers
de ervaring opgedaan dat je beter vóóraf de dialoog kunt
opzoeken met deze partijen. Dit keer ging het snel: de milieuvergunning
binnen de nominale termijn, de bouwvergunning binnen drie weken en een
MEP-beschikking binnen een dag. "Het kan dus wel! Ook in Nederland", zo
stelt Wim van Lieshout.
De bio-centrale verstookt B-hout, houtsnippers afkomstig uit bouw- en
sloopafval en grofhuishoudelijk afval. Het hout is afkomstig van de
aangesloten gemeenten in de HVC-regio en van andere toeleverende
bedrijven, zoals Van Vliet in Nieuwegein. Per dag wordt er 500 ton in de
wervelbedoven verbrand en dat levert 26 tot 28 megawatt elektriciteit.
Voldoende om zestigduizend huishoudens te voorzien van elektriciteit.
Hiermee wordt de uitstoot van CO2- vermeden van 100.000 ton per jaar. Op
termijn wordt ook de warmte afgezet, en dat is goed voor zo'n 48.000
huishoudens.
In Nederland komt jaarlijks een miljoen ton afvalhout vrij. Een vijfde
komt daarvan binnen het verzorgingsgebied van HVC beschikbaar. Tot voor
kort werden de meeste houtsnippers verscheept naar Duitsland en
Scandinavië. In deze landen is vooral de vraag naar hout in de winter
groot. Nederland loopt op het gebied van biomassaverwerking daarbij
achter, omdat wij vanwege ons aardgas nooit die dringende behoefte aan
brandstoffen hadden.
Wervelbed
Niet alleen de vergunningprocedure is snel verlopen, ook de bouw is met
anderhalf jaar zeer snel. HVC koos voor het concept van Prokon Nord, die
in Duitsland reeds drie installaties gebouwd heeft en, nog belangrijker,
zelf het beheer over die installatie voert. De installatie is een
wervelbed, waarbij het hout in een stroom van hete lucht en zand tot
verbranding wordt gebracht. Dat levert stoom op van 500 °C en een druk
van 90 bar. Het energetisch rendement komt daarmee op 32 procent en dat is
hoger dan de 22 procent van de afvalverbrandingslijnen. De rookgasssen van
140 °C worden afgevoerd naar de rookgasreiniging van de
verbrandingsinstallatie en de afgewerkte stoom die uit de turbine komt
wordt weer water in de condensator en gaat weer retour naar de ketel.
» Bekijk de profielpagina op AfvalOnline of ga direct naar de website