Sneeuw overheerste de Pollutec. Minder bezoekers, maar desondanks spreken exposanten van een uitstekende beurs, waar Plastinum de EEP Award kreeg uitgereikt.
"De beurs
werd geopend en de sneeuw begon te vallen." In het begin viel het nog mee,
maar allengs werd het erger. In Lyon liep alles vast; het vliegveld ging
dicht, treinen reden bijna niet meer en het verkeer stond stil; tot diep
in de nacht. Omdat aan- en afvoer van de beurs alleen met auto of bus kan,
waren de meeste bezoekers laat, tot zelfs ver na middernacht pas op hun
hotelkamer. Woensdag klaarde het in de middag weer op en ging het
vliegveld weer open.
Olivier Debiard, salesdirecteur bij Pollutec, windt er geen doekjes om.
“Als je een heel jaar toewerkt naar de beurs, dan is dit een
deceptie. Zeker omdat wij veel werk maken om bezoekers te werven.”
Donderdag was de eerste dag dat er normale drukte heerste op de beurs.
Volgens Debiard hebben buitenlandse bezoekers geanticipeerd op de
weersvoorspelling en op het laatste moment besloten niet te gaan. Of omdat
het niet kon, of omdat de terugreis onzeker is. Vrijdagmorgen begon het
opnieuw te sneeuwen.
EEP Award Jaarlijks wordt op de Pollutec de EEP Award
uitgereikt voor de beste milieutechnische innovatie. Dit jaar kreeg
Plastinum Polymer Technologies de prijs voor het
proces waarmee uit gemengde kunststoffen hoogwaardige kunststoffen met een
hoge zuiverheid kan worden gemaakt in plaats van een gemengde kunststof
die slechts geschikt is voor bermpaaltjes. |
Natuurlijk was sneeuw het gespreksonderwerp op de beurs, maar bij de buitenlandse exposanten was de stemming positief. Verschillende vertegenwoordigingen uit Duitsland, Engeland en Nederland vonden het een goede beurs. Zeker de eerste dagen rustig, maar degenen die kwamen waren de die hards en leverden bijzonder goede nieuwe contacten op. Donderdag was voor sommigen wat dat betreft minder. Mogelijk dat het anders ligt bij de Franse bedrijven. Die gebruiken de beurs als relatie-event, met veel eten en drinken. Zij richten zich op een veel breder publiek, dat waarschijnlijk thuis is gebleven.
In het Nederlandse paviljoen was er een prima stemming. Het paviljoen geeft bedrijven die starten op de Franse markt de mogelijkheid om ermee kennis te maken zonder uit te hoeven pakken met een hele stand. Bakker Magnetics bijvoorbeeld, wil de Franse markt op en stond er om klanten te interesseren én om een agent te zoeken. ATM uit Moerdijk doet de laatste jaren altijd met het paviljoen mee, omdat de Franse markt een belangrijke is voor het bedrijf. Trisoplast stond er voor het eerst en ziet afzet voor haar afdichtingsfolie bij de stortplaatsen in Frankrijk, en daarbuiten. Paauw Plastic Recycling was op zoek naar nieuwe handelsrelaties en had alle dagen veel aanloop gehad. Om die reden stond ook Waste Paper Trade, maar die had gekozen voor een eigenstand naast Bollegraaf. Er waren nog veel meer Nederlandse en Belgische bedrijven die een eigen stand hadden. Voor recyclingapparatuur bijvoorbeeld Lubo, Rentec, Boa en de Christiaense Groep. In rijdend materieel Geesink, Terberg en Ravo en in de inzameling onder andere Engels en Knapzak.