In 2025 hoopt Meerlanden in het westelijk havengebied van Amsterdam tenminste 25 kton luiers en incontinentiemateriaal te verwerken uit de regio Noordwest-Nederland.
Tijdens een bijeenkomst over het luierafvalprobleem georganiseerd door de Metropool Regio Amsterdam (MRA) heeft Meerlanden haar plannen voor een recyclinginstallatie voor luiers en incontinentiemateriaal uit de doeken gedaan. Dit jaar focust het publieke afvalbedrijf op de input, afzet en locatie voor de installatie en wil het starten met een aanbestedingsproces. In 2023-2024 moet de installatie worden gebouwd zodat deze in 2025, na een proefperiode, operationeel is.
Alleen al in de MRA komt jaarlijks zo’n 57 kton aan luiers en incontinentiemateriaal vrij. Op dit moment wordt 99 procent van dit materiaal verbrand. Meerlanden ziet mogelijkheden om deze luiers te verwerken volgens een verwerkingsconcept van Elsinga Beleidsplanning. Via dit procedé hoopt afvalverwerker ARN vanaf dit jaar jaarlijks 15 kton luiers te verwerken in Weurt. Meerlanden gaat er vanuit dat er een input van tenminste 25 kton luiers noodzakelijk is voor een rendabele installatie.
ARN verwerkt gescheiden ingezamelde luiers onder hoge druk en op hoge temperatuur via een proces van thermische druk hydrolyse (TDH). In drie reactorvaten breken medicijnresten en ziektekiemen af. Uit de vloeibare massa die ontstaat worden plastics en organisch materiaal teruggewonnen voor nieuwe toepassingen. Dit moet zorgen voor een enorme CO2-besparing ten opzichte van verbranding van luiers.
Ondanks de milieuwinst klonk er eerder ook kritiek op de verwerkingsmethode. Afvaladviseur Jan IJzerman wees er twee jaar geleden bijvoorbeeld al op dat er van recycling amper sprake is: omdat alleen kunststof wordt gerecycled kwam hij op een maximaal recyclingrendement van 6 tot 9 procent. De overige producten uit het verwerkingsproces worden energetisch toegepast. Absoluut nuttig, vond IJzerman, maar de verwerkingsoplossing in de markt zetten als ‘recyclingoplossing’ voor luiers ging hem iets te ver.
In de presentatie die Meerlanden gaf bij de MRA-bijeenkomst werd overigens benadrukt dat preventie van wegwerpluiers nog altijd het meest wenselijk is om het luierafvalprobleem te verkleinen. Naar verwachting komt er in 2022 een MLCA beschikbaar die de milieuwinst inzichtelijk maakt van wasbaar versus recycling van luiers. De animo voor wasbare luiers is vooralsnog echter beperkt in Nederland. Een motie voor een subsidieregeling om financiële drempels weg te nemen, werd deze week nog verworpen door de Tweede Kamer. Meerlanden verwacht dat wegwerpluiers nog minimaal vijftien jaar gebruikt blijven worden. Een duurzame verwerkingsoplossing is dus hard nodig.
De MRA onderzoekt al sinds 2020 de mogelijkheden voor luierrecycling. De afgelopen jaren startte de gemeente Amsterdam samen met buurgemeenten al een marktconsultatie op om in beeld te krijgen of luiers en incontinentiemateriaal apart ingezameld en verwerkt kunnen worden. Inmiddels is er al concreet ervaring opgedaan met met verschillende inzamelsystemen (bij kinderdagverblijven, gecombineerd met bedrijfsafval, nascheiding en via aparte verzamelcontainers) in Amsterdam, de Gooi- en Vechstreek en de gemeente Edam-Volendam. De MRA kijkt nu reikhalzend uit naar een duurzame verwerkingsoplossing.
Omdat de gescheiden inzameling van luiers duurder is dan inzameling via het restafval, gingen er tijdens de MRA-bijeenkomst stemmen op voor het invoeren van uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (UPV) voor luiers en incontinentiemateriaal. Uiteraard is dat niet iets waar de gemeenten zelf direct over gaan, maar ze zijn wel bereid om voor een nader te bepalen vorm van UPV te lobbyen in Den Haag.