Een tweede uitstel door de Raad van State van een uitspraak in de zaak tussen Vinylrecycling en de Inspectie Leefomgeving en Transport was twee crediteuren van het bedrijf teveel van het goede. Zij hebben faillissement van de pvc-recycler aangevraagd.
Volgende week dinsdag (19 november) vindt de faillissementsaanvraag van Vinylrecycling plaats bij de rechtbank Zutphen. CEO Huib van Gulik zal dan met de curator in gesprek gaan om te onderzoeken of een doorstart tot de mogelijkheden behoort, of dat het bedrijf in verzet gaat tegen het faillissement. Hij hoopt dat er gegadigden zullen zijn die mogelijkheden zien in de recycling van pvc en het bedrijf over willen nemen. Met de zoektocht naar potentiële overnamekandidaten of strategische partners is hij al begonnen. “We proberen de boel weer overeind te krijgen. Als we omvallen, dan gaat er namelijk zo'n 20 tot 30 kton pvc per jaar de grond of de verbranding in, in plaats van dat het gerecycled wordt.”
Afgelopen augustus troffen Vinylrecycling en de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) elkaar voor de Raad van State. Volgens het bedrijf heeft de ILT onterecht eisen gesteld aan de export van pvc naar landen buiten Europa. Die eisen zouden namelijk verder gaan dan de wettelijke verplichtingen. Aan een oordeel of dat waar is, wilden voorzieningenrechters zich in eerdere procedures niet wagen. Dat lieten ze aan de rechters in een bodemprocedure bij de Raad van State. Die lieten tijdens de zitting weten dat hoewel de kernvraag helder is (vraagt de ILT te veel van Vinylrecycling?) de zaak wel complex is. Mogelijk wilden ze prejudiciële vragen over de Europese regels voor (de export van) afval voorleggen aan het Europese Hof van Justitie. Als ze dat deden, zou een uitspraak nog lange tijd op zich wachten. Voor Vinylrecycling was dat lastig omdat het de vraag was of haar schuldeisers zolang zouden willen wachten. Uiteindelijk gaf de Raad van State aan binnen zes weken uitspraak te zullen doen. “De Raad had daarbij gezegd dat niet te kunnen garanderen, maar dat de rechters hun uiterste best daarvoor zouden doen. Voor het verstrijken van die tijd kregen we bericht dat er nog een tweede termijn van zes weken aan werd gekoppeld. We hadden er eigenlijk volledig vertrouwen in dat de uitspraak er voor die tijd zou komen. Maar toen kregen we bericht dat ze hun uiterste best gaan doen om voor 1 januari 2025 uitspraak te doen”, vertelt Van Gulik. Een reden voor het uitstel is volgens hem niet gegeven. “Tja, en op een gegeven moment raakt het geduld bij mensen op.”
Wanneer de uitspraak komt, en deze in het voordeel van Vinylrecycling uitvalt, zal dit volgens het bedrijf kansen bieden voor de recyclingsector. Bedrijven zouden dan namelijk van de inspectie kunnen eisen dat de ILT-regel dat de autoriteit in het land van bestemming het materiaal als secundaire grondstof moet erkennen, wordt aangepast. Tot slot doet de onderneming nog een dringende oproep aan de politiek om de recyclingbranche actief te ondersteunen door met aandacht en daadkracht de regelgeving rond export en erkenning van secundaire grondstoffen in lijn te brengen met de wetgeving in andere Europese landen.